Vanaf het begin van mijn vertelloopbaan heb ik al schrijvend mijn enthousiasme gedeeld over storytelling, in de vorm van (blog)artikelen, lesideeën en (bewerkingen van) verhalen. Inmiddels schrijf ik ook lesbrieven en blogartikelen in opdracht, en werkte ik mee als co-auteur voor de lesmethode Taaljacht van Uitgeverij Zwijsen. Daarnaast geef ik mijn eigen vertelplaten uit voor de kamishibai (Vertelkastje).
Alle verhalen die ik schreef of bewerkte, vind je terug op deze site.
Zoek je een specifieke categorie verhalen? Gebruik dan de tags.
Een sprookje uit Perzië*
Er was eens een oude vrouw die haar leven lang graag een kindje wilde hebben. Ze bad elke dag tot Allah**, maar tevergeefs. "Waarom geeft Allah ons toch geen kind?" zei ze tegen haar man. "Ook al ben ik oud, ik zou altijd goed voor haar zorgen en haar altijd lief vinden, hoe ze er ook uit zou zien. Zelfs al zag ze er uit als een pompoen!"
Een verhaal uit Indonesië over het slimme dwerghertje Kantjil*
In het oerwoud leven veel dieren: apen, slangen, vogels. Maar ken je de kantjil al? De kantjil is een klein beestje, niet hoger dan je knie. Het is een piepklein hertje met een spitse snuit en dunne pootjes. Hij is klein en dus niet erg sterk, maar wel heel slim! Hij is de andere dieren altijd te slim af. Luister maar.
Europees volksverhaal
Er was eens een man die gevochten had als soldaat van de koning. Maar de oorlog was voorbij en nu was de man op weg naar huis. Het was een lange reis. De man was arm: hij had geen paard en had maar weinig te eten. De paar spullen die hij had, droeg hij in een zak op zijn rug. Zo liep hij van dorp naar dorp, van stad naar stad.
Verhaal uit Samoa
Hier ver vandaan, op het eiland Samoa, leefden lang geleden eens een man en een vrouw. Ze hadden veel kinderen: wel tien jongens en één meisje. Het meisje heette Sina, en de jongens heetten Tien, Negen, Acht, Zeven, Zes, Vijf, Vier, Drie, Twee en Een. Wanneer de vader en moeder wilden weten of alle kinderen thuis waren, telden ze altijd hardop: "Tien, Negen, Acht, Zeven, Zes, Vijf, Vier, Drie, Twee en Een."
Volksverhaal uit Cambodja
Lang geleden, toen mensen en dieren nog met elkaar konden praten, leefden er in het bos een vader en moeder uil met hun kleine baby uil. Ze zorgden goed voor de kleine uil en elke keer als er een dier langs de boom met hun nest kwam, dan waarschuwden ze: “Oehoe, oehoe! Dit is onze boom!”
Toen de kleine uil groter werd, deed hij mee en als er dan iemand langsliep riep hij: “Hoe-oe, hoe-oe!”. “Hé,” zei zijn moeder, “je kunt niet zomaar iets anders roepen. Je moet ‘oehoe oehoe’ roepen, net zoals elke uil!” Het kleine uiltje beloofde dat te doen.
Een sprookje voor in de Sint Maartenstijd
Er was eens een meisje dat Marja heette. Ze had een lampion gemaakt met papier en lijm en er daarna een kaarsje in gezet. Nu liep ze door de donkere straten en het licht straalde door het gekleurde papier. Het was prachtig om te zien. Marja zong er een liedje bij:
Ik loop met mijn lantaren
Lantaren loopt met mij
Daarboven stralen sterren
Beneden stralen wij
